Vlak voor de komst van de verhuizers, begon ze. "Elke mens is een huis met vele kamers." Ik tilde mijn wenkbrauwen en twee kartonnen dozen op. Zij bleef onophoudelijk doorgaan. Mensen, huizen, kamers. Ik zweeg tot de laatste doos in de verhuiswagen verdween en ontplofte. "Elke mens een huis, deze mens nu, één kamer minder!"